Total Pageviews

Friday, 12 November 2021

Blinde Gerechtigheid [DUTCH/NEDERLANDS]

1. Opgroeien. Ik groeide op tijdens de jaren 1940 tot 1950 en 1960 met de klanken van Glenn Miller, de Andrew Sisters en Elvis. Nu, in 1962, toen ik 14 was, was mijn wiskundeleraar een kleine blonde 'terriër' genaamd 'Adolph', liefkozend bekend als 'Dolfie', die zijn stellingen met krijt op de groene ('zwarte ') bord zo recht als een liniaal (zonder liniaal), een echte voorstander van de architecturale perfectie van wat ze destijds algebra, geometrie en trigonometrie noemden.

2. Kom examens. De resultaten van toetspapieren (wiskunde) werden, in Klas 10, meestal uitgedeeld na de pauze aan het einde van het kwartaal op de eerste dag van het nieuwe kwartaal, en onze kwelgeest Dolfie had deze Nazi-achtige regel voor de jongens in de klas, bijvoorbeeld:

   <40%: één slag met de stok ('cane')

   <35%: twee slagen met de stok ('cane') 

   <30%: drie slagen met de stok ('cane').

PS < = minder dan.

   Dus, na het eerste kwartaal van 1962 en nadat ik mijn test resultaten had ontvangen en mijn 'zin' had berekend, ging ik naar de voorkant van de klas om in de rij te gaan staan ​​voor mijn straf van drie slagen, met jongens gearrangeerd vanaf één slag ( eerste) door twee slagen (in het midden) en drie slagen (laatste). Dit moesten we ontvangen door de 'baan' één voor één te laten circuleren, slechts één slag per keer te ontvangen en pas terug te keren naar onze stoel nadat alle slagen naar behoren zijn ontvangen.

3. Blinde gerechtigheid. De pijn van het cumulatieve effect van de eerste twee slagen was verschrikkelijk en ik slaagde erin om onopvallend weg te glippen en plaats te nemen, en zo de 'beul' met één slag te bedriegen. Kom het tweede kwartaal, mijn cijfers waren verbeterd en ik ging mijn plaats in de rij innemen voor mijn nu welverdiende twee slagen met de stok. Deze keer durfde ik echter niet vals te spelen; het zou te duidelijk zijn geweest; bovendien waren er geen handige drietaktkandidaten achter mij om mijn rug te bedekken.
   Het was echter pas nadat ik mijn twee slagen had gekregen dat ik me realiseerde dat ik een verkeerde berekening had gemaakt en dat ik verondersteld werd slechts één slag te hebben gekregen, niet twee, en dus waren de schalen van gerechtigheid eindelijk in evenwicht. Ik zou die dag mijn spreekwoordelijke 'rechterarm' hebben gegeven voor iemand anders om mijn plaats in de rij voor de straf in te nemen, maar wie? Dat is de schoonheid van het evangelie: 

   “Maar God bevestigt Zijn liefde jegens ons, dat Christus voor ons gestorven is, als wij nog zondaars waren ... Want gelijk door de ongehoorzaamheid van dien enen mens velen tot zondaars gesteld zijn geworden, alzo zullen ook door de gehoorzaamheid van Enen velen tot rechtvaardigen gesteld worden. [Romeinen 5:8, 19].

No comments: